Peugeot 207 CC Sport 1.6-16v Turbo

Het rijden

De nieuwe coupé-cabrio is niet alleen groter geworden, maar ook zwaarder Ten opzicht van de 206 CC weegt dit model 241 kg meer. De 1.6 liter met turbo heeft, in tegenstelling tot zijn ongeblazen broer, geen moeite met het hogere gewicht. Zonder al te veel te twijfelen sleurt hij de 1393 kg in 8,6 seconden naar de drie cijfers. De 150 pk bij 5.800 tpm wordt daarbij geholpen door het koppel van 240 Nm dat al vrijkomt bij 1.400 tpm. Dat betekent letterlijk dat er bijna altijd trekkracht voor handen is. De acceleratie kan dan ook gerust indrukwekkend genoemd worden. Het verschil met de turboloze 1.6 is vrij groot. Deze motor heeft 120 pk bij 6.000 tpm tot zijn beschikking en moet zich een beetje behelpen met 160 Nm bij 4.250 tpm. Daarmee komt hij tot een 0-100 tijd van 10,6 seconden, wat op zich niet eens een hele slechte tijd is. Maar de cijfers tonen wel dat deze motor flink op toeren gehouden moet worden om er acceptabele prestaties te komen. De geteste turbo versie kan daarentegen heel lui bereden worden. Bij nagenoeg elk toerental in elke versnelling is er voldoende power voorhanden om het landschap sneller te laten bewegen. Ondertussen maak je gebruik van een prettig schakelende versnellingsbak. Het moment dat het gewicht weer mee komt kijken, is wanneer je op snelheid een minirotonde neemt. Dan voel je de aandrang van de neus, om naar de buitenzijde van de bocht te gaan. Bij de remtest vielen weinig bijzonderheden op, hooguit dat de remmen iets meer zouden mogen bijten. De vertraging was gewoon goed te noemen.

Eerdere ontmoetingen met coupé-cabrio’s leverde in een aantal gevallen de opmerking op dat ze last hadden van torderen. Peugeot heeft het met zijn nieuweling de mix goed voor elkaar. Tijdens de proefrit was juist dat fenomeen een belangrijke afwezige. Misschien dat zijn gewicht er een rol in speelt, maar de 207 CC voelt stevig in zijn rijgedrag. Op beide momenten voelt de Fransman strak en zorgt er zo voor dat de bestuurder een gevoel van vertrouwen in zijn auto krijgt. De koper die dus een auto met Frans comfort zoekt, moet misschien even verder zoeken, want door zijn stevigheid worden de oneffenheden van de weg aan de bestuurder doorgegeven.

Op de dag van de testrit hing er een waterig zonnetje aan de hemel. De koperen ploert zorgde voor het licht, maar vergat helaas de warmte mee te sturen. Eigenlijk was het iets te koud voor een rit in een cabriolet. Met de airco op twintig en op de benen gericht bleek het toch wel mogelijk te zijn. Op de voorstoelen blijven de wervelingen beperkt, het enige wat eigenlijk in de wind wappert, zijn de haren boven op je hoofd. Het winderigste punt is eigenlijk in het midden op de achterbank, net achter de voorstoelen. De voorpassagiers hebben er zeer weinig geen last van. De passagiers op de achterbank zullen wel een dikkere jas moeten aantrekken en ze mogen ook hun haren weer fatsoeneren als ze eenmaal weer zijn uitgestapt.