Het interieur
Het interieur is echt anders dan anders. Een digitale kilometer, comfortabele fauteuils, overal ronde vormen en zelfs de vorm van het stuur zal je bij geen enkel ander merk terugvinden. Verschillende onderdelen zijn omrand met een zilverkleurig randje en midden op het dashboard is een infodisplay ten behoeve van onder meer de standaard boardcomputer ondergebracht. Praktisch is dat de verbruiksmeter ook in kilometer per liter in te stellen is, naast de gebruikelijke liter per 100 kilometer.
De digitale kilometerteller is heel goed af te lezen, maar met de toerenteller is dat anders, slechts een klein pijltje in de bovenrand ervan geeft de hoeveelheid omwentelingen van de krukas weer. De benzinemeter werkt met digitale streepjes, een wijzer zou nauwkeuriger zijn en een temperatuurmeter is nergens te bekennen.
Een ergonomisch wonder is de C3 dan niet, zeker niet als je met je hand in het portier tast voor de ruitbediening terwijl deze aan weerszijden van de versnellingspook is geplaatst. Ook de elektrische spiegelbediening zit weggestopt links achter het stuur. Gelukkig zijn de hendels aan de stuurkolom wel logisch ingedeeld, net als het paneel met draaiknoppen van de airco, al is de plaatsing aan de lage kant. Die (handmatige, automatische is niet leverbaar) airco zit overigens in het “Pack Airco” ter waarde van € 1.395, waarin direct zaken als een licht-/regensensor zitten. Opbergruimte is in voldoende mate voorhanden, vooral in de testauto omdat daar geen radio in zit waardoor er twee vakjes van DIN-formaat vrijkomen. Leuk en aardig, maar wel een beetje saai zo, naar mijn bescheiden mening.
De stoelen met veloursbekleding (stof op de Prestige) zijn beter te typeren als fauteuils. Je zakt er bijna in en ze vangen al het eventuele ongerief van de vering prima op. Wel is de zijdelingse steun zeer matig waardoor je in snelle bochten, mede door het overhellen van de koets, tegen de deur zakt. De bestuurdersstoel is standaard in hoogte verstelbaar en tot mijn verbazing kan hij lekker diep gezet worden, wat samen met het in hoogte én lengte instelbare stuur leidt tot een fijne zitpositie. Op de testauto zitten armsteunen (niet verkrijgbaar op de Prestige) die naarmate de rugleuning kantelt niet mee bewegen. Eigenlijk zijn de alleen goed bruikbaar met de rugleuning bijna 90 graden rechtop, en dat is niet ieders favoriete zithouding.
Achterin valt vooral de beenruimte tegen. Hoofd- en voetenruimte zijn net als voorin in ruime hoeveelheden aanwezig, maar achterbankpassagiers zullen al heel snel met hun knieën in de rug van de inzittenden voor hen zitten te priemen. Ook is de instap naar de achterbank door de smalle deuren op zijn zachts gezegd aan de smalle kant. De C1 is nog een stukje krapper, dat wel, maar de C2 is niet direct een klasse groter wat de interieurruimte betreft.
De bagageruimte is echter wél een stuk groter dan in het kleine broertje, maar je moet je boodschappen echter over een tildrempel zetten waar je u tegen zegt. Jammer is dat alleen de rugleuning van de achterbank gedeeld neer te klappen is waardoor er geen vlakke laadvloer ontstaat. Misschien maar goed ook, waarschijnlijk zullen de voorstoelen dan een flink eind naar voren moeten staan om de zitting er ook nog eens achter kwijt te kunnen.