Het rijden
De 307 CC ligt heel aardig op de weg. Zoals het een cabriolet betaamt, ligt de nadruk op comfort. Echt week is het onderstel niet, dus voor overhellen in bochten hoef je niet te vrezen. Heel sportief rijgedrag kun je ook niet echt verwachten, daarvoor is het onderstel simpel weg niet stevig genoeg. Het is dus een middenweg, met een neiging naar comfort.
Qua bediening voelt de auto heel aardig aan. In de pedalen zit genoeg weerstand om goed te voelen waar je mee bezig bent. Het stuur ligt prettig in de hand en de auto stuurt heel direct, dus dat is prettig. De schakelpook – in deze Sport-uitvoering heeft hij een zilverkleurig bolletje als pookknop – ligt ook goed in de hand. Schakelen gaat gewoon fijn. Het enige minpuntje is dat het wat lastiger is om van III naar II te schakelen, dan moet je echt precies de goede beweging maken en kun je niet nonchalant de pook een stukje naar je toe trekken.
Wanneer je open rijdt, is het aan te raden om altijd de ramen omhoog te hebben. Windruis is al snel een probleem en zelfs bij relafief lage snelheden - 60km/h – klappert de gordel heftig heen en weer en maken ook de ongebruikte gordels op de achterbank veel herrie. Vanwege de lange voorruit is windruis rond het hoofd geen probleem. Die lange voorruit heeft overigens ook een groot nadeel: omdat de ruit bijna boven je hoofd zit, krijg je het gevoel dat je binnen zit en dat is een beetje jammer. Rijden met de ramen omhoog is goed te doen, ook bij hogere snelheden. Op snelwegtempo is het wel nodig je stem te verheffen wanneer je jezelf verstaanbaar wilt maken bij je passagiers en ook het volume van de radio moet een stukje omhoog, maar al met al is de windruis niet heel hinderlijk.
Onder de motorkap ligt de sterkste motor die voor de 307 beschikbaar is. Het is een tweeliter benzine motor die 177pk levert. Dat klinkt heel goed, maar bij een leeggewicht van bijna anderhalve ton lukt het hem niet om de auto indrukwekkende prestaties te bezorgen. De sprint naar 100km/h neemt bijvoorbeeld een bescheiden 9,5s in beslag. Toch rijdt de auto best vlot, de motor heeft genoeg pit om de auto goed in beweging te houden. Helaas past het karakter van de motor niet zo goed bij de auto. In een cabrio verlang je naar een rustig motor, met relatief veel trekkracht bij lage toeren. Dan ben je bij de 177pk sterke tweeliter aan het verkeerde adres. De maximale trekkrachtwaarde wordt namelijk pas bij 5.000tpm bereikt en om het maximumvermogen komt pas bij 7.000tpm vrij. Ook het toerental bij constant rijden op de snelweg is erg hoog. Bij 130km/h maakt de motor zo’n vierduizend krukasomwentelingen per minuut. Een zesbak zou erg fijn zijn, maar daar was – in combinatie met deze motor - helaas geen ruimte voor.