Herkenbaar, maar toch anders
Zoals gezegd zijn alle nieuwe MINI's direct als zodanig te herkennen. Met zijn grote met chroom omrande koplampen, de eveneens met chroom bedekte grille, het gedrongen uiterlijk en de zwart kunststoffen spatbordverbreders is de auto met geen ander merk te verwisselen. Omdat we in de Roadster Cooper S John Cooper Works - zoals hij volledig heet - reden, is de auto voorzien van een luchthapper in de motorkap, een andere uitlaat en anders gevormde bumpers en zijskirts. Hoewel een dergelijke auto van zichzelf al behoorlijk opvalt in het Nederlandse verkeer, doet de testauto hier nog een schepje bovenop door de dubbele donkergrijze strepen over de auto.
Tot aan de voorruit is de auto identiek aan de hatchback en de Cabriolet, maar vanaf dat punt is het onderscheid met de andere twee behoorlijk. Zowel bij de Coupé als de Roadster staat de voorruit een stuk schuiner. Samen met het lage dak zorgt dit niet alleen voor een sportiever uiterlijk, maar ook voor een lager zwaartepunt. Anders dan bij de gewone Cabriolet, loopt het dak niet door tot de kont, maar loopt deze recht naar beneden achter de voorstoelen. Het korte kontje is voorzien van een uitklapbare spoiler die boven de 80km/u naar boven komt en daaronder via een schakelaar handmatig bediend kan worden. Samen met de al eerder genoemde dikke bumpers en de bijzondere parelmoer witte lak is de Roadster een prettige verschijning in zowel open- als in dichte toestand. Grote, zwarte meerspaaks lichtmetalen velgen maken het bijzondere uiterlijk af.