Honda Civic Type R GT

Stilletjes verlangen naar vroeger

Jarenlang was het paradepaardje van Honda een atmosferische tweeliter motor. Deze was in verschillende varianten leverbaar, waaronder in de S2000 en de Civic. In de laatste had hij 201 pk, wat vrij komt bij 7.800 toeren per minuut. De nieuwe Civic Type R heeft ook een tweeliter in het vooronder, maar nu met een turbo en liefst 310 paarden op de voorwielen. Hoewel het toerental wat lager ligt, is een waarde van 6.500 toeren per minuut voor een modern turboblok aan de hoge kant. Niet alleen qua maximum vermogen gaat de Civic er op vooruit, ook het koppel steeg aanzienlijk. Had hij ooit 193 Nm beschikbaar, nu is dat met 400 Nm meer dan het dubbele. Extra fijn is dat dit veel eerder beschikbaar is. Dit maakt dat het karakter van de auto nog opzwepender is dan alle voorgaande Civic Type R's, maar wel minder uitdagend. Dankzij het relatief vroeg vrijkomende vermogen, gaat hij in slechts 5,7 seconden naar de 100.

Om dit te bereiken kun je niet - zoals 'vroeger' ver doortrekken, maar moet er geschakeld worden. Dit is geen straf met de uiterst precies en direct schakelende zesbak. Honda claimt de kortste schakelwegen te hebben in deze klasse en wij geloven het zonder twijfel. Bij volle acceleratie ploft en knalt het vanonder de Civic. Gelukkig is dit echt het geluid dat hij produceert en is het niet versterkt door de speakers. Na een rondje in de snelste Civic, maar dan van 8 jaar oud, verlang je echter toch terug naar die jankende viercilinder die je tot het uiterste moet drijven om alles eruit te knijpen. Waar vind je nog een blok waar je met gemak doortrekt tot over de 8.000 toeren? Het geluid dat hij daarbij produceert geeft kippenvel, elke keer weer. Het vergelijk met de nieuwe is hetzelfde als die van de huidige Formule 1 met die van een aantal jaren terug: de geblazen motor is sneller, meer bij de les op een laag toerental én zuiniger, maar het spektakelgehalte is bij de oude motor net wat hoger.