In twee smaken
Kiezen doe je niet alleen tussen de elegante Convertible of sportiever gelijnde Fastback. Voor het eerst sinds eind jaren tachtig kun je de Mustang weer met een Europa-vriendelijke vierpitter bestellen. Dankzij een twin-scroll turbo schopt de 2.3 EcoBoost het tot 317pk en 432Nm. Niet slecht, maar de echte fanboy zal pas bij de aanblik van de grote gorgelende atmosferische vijfliter V8 gaan watertanden. In ons land zal het vaak daarbij blijven, want met dank aan onze schofterige CO2-heffing kost de pretversie met 421pk en 530Nm je minimaal 98.700 euro. Inderdaad, dat is meer dan het dubbele ten opzichte van de viercilinder. De keuze tussen beide motoren zal daarom vooral door je koopkracht worden bepaald.
Dan is de keuze tussen de gesloten en open versie een stuk persoonlijker. De stoffen kap van de Convertible volgt het klassieke Mustang lijnenspel en laat zich halfautomatisch in een kort tijdsbestek openen. Een hoorbare bevestigingstoon ontbreekt helaas. Zowel open als dicht staat er een heerlijk gelijnde cabriolet voor je neus. Dankzij de lange haaienneus, lage dakstijlen en brede wielkasten heeft de Mustang lekker veel stance. Ook de stoere Fastback heeft goede proporties. Met zijn lagere en vlakker aflopende daklijn doet die zijn naam eer aan. Beide versies worden in Europa standaard met het Performance Brake Package geleverd en staan standaard op minimaal 19 inch schoeisel. Daarmee ogen beide carrosserievarianten erg strak. Persoonlijk gaat mijn voorkeur naar de gemener getekende Fastback uit. Zeker in het tripple yellow is dat een erg fijn ogend apparaat.