Fijne mix
Zeg je Frans dan zeg je comfortabele rijeigenschappen als het gaat om personenauto's, maar bij MPV's in het bijzonder. Toch heeft Renault er een fijne mix van comfort en gevoel in kunnen leggen bij de Grand Scénic. De auto strijkt zeker niet ieder hobbeltje glad zoals de Citroën Grand Picasso en schuift zelfs al wat meer naar de Duitse jongens als de Opel Zafira en Ford Grand C-Max op het gebied van de demping. Ook in het sturen geen wolligheid, maar een gevoelvolle besturing die zonder een prettige mate van directheid kent. De papieren cijfertjes die aan de 1.5 dCi hangen zijn niet heel erg schokkend. Sterker, het blok kan naar de maatstaven van vandaag zelfs wat ondergemotoriseerd overkomen, maar niks is minder waar. Het blok kan prima met de grote Scénic overweg en voelt zeker niet zo traag als de cijfers doen vermoeden. Dat het volledige koppel al vanaf 1.750 toeren beschikbaar is, draagt hier zeker aan bij, al wordt het pas vanaf 1.500 toeren razendsnel opgebouwd. Daarvoor voel je in combinatie met de lange versnellingen een soort loomheid in de aandrijflijn zitten. Wie wil doorrijden zal dus op zijn toerental moeten letten, maar op de zuinigheid heeft een laag toerental natuurlijk een positief effect. Eerlijk is eerlijk, de opgegeven 4,1 liter per 100 kilometer is natuurlijk absurd als je je met dit oppervlak door luchtlagen moet verplaatsen. Wij vonden het praktijkverbruik van 5,8 liter totaal niet iets om je voor te schamen, maar het steekt toch schril af bij de beloftes.